ENSEMBLE 306
Marieke Franssen – dwarsfluit
Marieke Berendsen – viool
Jonathan Butler – cello
James Oesi – contrabas
Goska Isphording – klavecimbel
Ensemble 306 combineert de kwaliteitseisen in uitvoering en presentatie van nieuwe muziek met het besef dat muziek nooit op zichzelf staat maar altijd gezien kan worden in een context van culturele waarden, technologische ontwikkelingen en wetenschappelijke vooruitgang.
Het Ensemble deelt de onderzoekende houding die er was in het Philips Natlab in Eindhoven. In kamer 306 van het Natlab gingen kunstenaarschap en uitvindersgeest altijd hand in hand. Componisten als Varese, Xenakis en Raaijmakers brachten kunst en technologie hier in een gezamenlijke stroomversnelling. Ensemble 306 sluit aan op deze traditie en blaast haar tegelijk nieuw leven in – door de verworvenheden van deze pioniers uit de jaren zestig opnieuw onder de aandacht te brengen en door vanuit dezelfde ontdekkingsdrang nieuwe gebieden te onderzoeken.
Nicoline Soeter Myotis (2013)
1974, Nederland ensemble en soundtrack
Helmut Oehring/Iris ter Schiphorst Prae-senz (Ballet blanc II) 4e scène (1997)
1961, Berlijn/1956, Hamburg viool, cello, klavecimbel en samples
Beat Furrer Ira – Arca (2012)
1954, Schaffhausen fluit en contrabas
. Pauze
Edgar Barroso Aini (2008)
1977, Mexico ensemble
Kaija Saariaho Gates (1991)
1952, Helsinki fluit, cello en klavecimbel
Jacq Palinckx Four Star Tracks (2014)
1959, Tilburg ensemble en samples
Myotis is de Latijnse naam, van Griekse oorsprong, voor het geslacht van verschillende vleermuissoorten. De basis van de tape bestaat uit veldopnames van batdetectors, beschikbaar gesteld door Michel Barataud, ecoloog en specialist op het gebied van bio-akoestische identificatie van vleermuizen. Vleermuizen gebruiken ultrasone geluiden om zich te oriënteren. Met de echo’s van deze signalen bepalen ze de afstand tot een obstakel of tot zoiets kleins als een mug of ander insect. Door de batdetector wordt het ultrasone geluid hoorbaar voor het menselijk oor. Het verlagen van de frequentie en het vertragen van deze geluiden maakt wetenschappelijk onderzoek naar het gedrag van vleermuizen mogelijk. In deze compositie van Nicoline Soeter is te horen dat deze geluiden ook een organisch muzikaal patroon opleveren. Verplaatsing van geluid door de ruimte, klanken van rondfladderende vleermuizen en insecten, het In opdracht van Ensemble 306/ Fonds Podiumkunsten vertragen van geluid en de sfeer van schemering spelen een belangrijke rol.
Prae-Senz (Ballet Blanc II) werd geschreven in 1997 door de hypersensitieve componist Helmut Oehring en multimedia artiest Iris ter Schiphorst. Oehring is zoon van twee dove ouders en leerde pas op vierenhalfjarige leeftijd een echte taal te spreken. Dit leverde hem een “akoestische shock” op welke hij steeds in zijn werk als componist blijft meedragen. Ter Schiphorst was vooral actief als bassist en drummer in de rock-scène alvorens zij zich meer op het performen toelegde. Prae-Senz refereert aan, en is geïnspireerd op de compositie Présence (Ballet blanc…) van de Duitse componist B.A. Zimmerman. Zoals in Présence maken Oehring en ter Schiphorst veelvuldig gebruik van collage technieken en muzikale citaten. Echter op een geheel eigen, andere wijze dan Zimmerman. De 2 componisten hebben alle apocalyptische en spirituele elementen, die veelvuldig in het werk van Zimmerman aanwezig zijn, geweerd in hun werk. In tegenstelling tot Zimmerman’s expressieve werk krijgt de luisteraar hier de indruk opgesloten te zitten in een bunker van waaruit hij wordt geconfronteerd met veelvuldige explosies en geweerschoten. Hij wordt blootgesteld aan steeds weer wisselende sferen en geluiden maar over alles lijkt een dikke deken te hangen.
De muziek van de Zwitserse componist Beat Furrer in een zoektocht naar klank, die zich vaak afspeelt op de grens tussen stilte en geluid, tussen ruis en zuivere tonen, tussen de menselijke stem en het instrument. Instrumenten worden op een niet-conventionele manier bespeeld: geen exuberante kleurenpracht, maar onvoorstelbaar veel verschillende tinten grijs. Ira – Arca is een vormprincipe uit de muziek van de Inca’s. Elke melodie wordt in hoketus-stijl aangevuld door het afwisselen van periodes van quasi in- en uitgaande lucht. Ira – Arca van Beat Furrer is een studie over vorm en misschien wel meer dan dat…
Edgar Barroso is een Mexicaanse componist die zich vooral bezighoudt met elektronica en multimedia. Hij heeft een grote interesse in innovatie en wetenschap, waarbij hij zich bijvoorbeeld laat inspireren door de werking van verschillende biologische systemen. Als uitvoerder werkt hij juist veel met improvisatie, waar het stuk Aini uit voortvloeit. Aini is een grafische partituur met prachtige tekeningen voor een onbepaald aantal spelers. Een woelig stuk waarin beweging en contrasten centraal staan.
Van de hedendaagse Scandinavische componisten is Kaija Saariaho de meest bekende. In haar muziek gaat het vooral om kleur, klankvlakken en de geleidelijke verandering daarvan. Vaak is het onderscheid tussen de instrumenten vervaagd; zij gaan in elkaar over. De inspiratie, het idee voor een compositie is meestal abstract. Vervolgens controleert Saariaho de verschillende muzikale parameters met een door haarzelf ontwikkeld computerprogramma. Dit klinkt nogal technisch maar het muzikale resultaat is ronduit poetisch. De componiste schrijft voor traditionele instrumenten, soms met een tape of live electronica erbij. Gates is een onderdeel van de muziek voor ballet „Maa” (1991) voor fluit, slagwerk, klavecimbel , strijkers en elektronica.Het word „Maa” betekend land, en elk van de zeven delen refereert aan en mediteert over thema’s van nieuwe werelden, grenzen, nieuwe poorten en reizen. De instrumentatie vaak verrijkt met live elektronica moet het mysterieuze gevoel oproepen van een grensgebied waar realiteit, geheugen en dromen elkaar ontmoeten.. Ook in „ Gates” , zoals de titel al suggereert, trekt deze muziek je van poort naar poort, van grens tot grens. En telkens zien we een ander intrigerend bouwwerk in een onbekend muzikaal landschap.
Four Star Tracks van Jacq Palinckx bestaat uit vier delen
- Stars
- The Alien
- Forbidden Planet
- Space battle
De componist schrijft: Het werk heeft twee inspiratiebronnen: de link tussen Ensemble 306 en het Nat Lab van Philips en de specifieke kwaliteiten van de musici.n ‘Four Star Tracks’ maak ik dankbaar gebruik van geluidsfragmenten van de “popular electronics” die Kid Baltan/Dick Raaijmakers en Tom Dissevelt maakten in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw op het Nat Lab. De losse fragmenten appelleren aan mijn voorliefde voor oude sciencefictionfilms, -tv-series en -boekjes. Een combinatie van geloof in de technologie van de toekomst en nostalgie maakt ze voor mij onweerstaanbaar. Je zou ‘Four Star Tracks’ dan ook kunnen opvatten als een soundtrack van een niet-bestaande retro-sciencefictionfilm.
De partituur heeft een speels karakter en geeft de musici enige vrijheid in de uitvoering. Bovendien geeft ‘Four Star Tracks’ aan een aantal spelers de ruimte voor improvisatie. Geen enkele uitvoering zal dan ook hetzelfde zijn.